Notenbalk

De notenbalk is de balk die zichtbaar is in bladmuziek. Het bestaat meestal uit vijf horizontale lijnen die op gelijke afstand van elkaar staan. Hier kunnen de noten, rusten en andere muziektekens op genoteerd worden. Zoals hierboven al aangegeven bestaat het geheel niet altijd uit vijf lijnen. Je kunt ook gebruikmaken van het elf lijnen systeem. Dit komt voor wanneer je ook de linkerhand gebruikt. Daarnaast kun je gebruikmaken van hulplijnen om alles wat duidelijker te maken. Hierover volgt verderop in de cursus meer.

Gebruik en functie van een notenbalk

Notenbalk
5 zwarte strepen met 4 witte tussenstukken.

Een notenbalk bestaat meestal uit vijf horizontale lijnen met vier witte tussenstukken die zowel qua lengte als breedte gelijk zijn aan elkaar. Tussen elke lijn zit dezelfde afstand zodat de noten hier precies in passen. Hoe hoger de noot verticaal op de lijn, hoe hoger je deze op de piano speelt. Een noot kan met het rondje, dat ook wel de notenkop wordt genoemd, geplaatst worden op een lijn of tussen de witlijnen.

Doordat alle lijnen goed uit elkaar staan is het geheel overzichtelijker. Je kunt eenvoudig zien welke noot op welke positie staat. Misschien is dat op dit moment nog wel eens lastig, maar uiteindelijk zul je dit in één oogopslag zien.

Verticale afstand op een notenbalk

Zoals hierboven ook al deels uitgelegd zegt de verticale afstand iets over de hoogte of laagte van een noot. Hoe lager de noot, hoe lager het gespeeld wordt. Hoe hoger de noot, hoe hoger het gespeeld wordt! Bij de verticale lijnen worden ook vaak nog extra lijnen toegevoegd. Deze hulplijnen helpen je om het nog duidelijker en sneller te zien. Een voorbeeld hiervan zie je op de afbeelding hiernaast. Hier zie je de C noot die altijd buiten de vijf lijnen valt.

Horizontale lijnen

De horizontale lijnen gaan vaak over het gehele bladmuziek door. De lengte van deze lijnen vertelt je eigenlijk niets, maar wanneer een noot links staat speel je deze eerder dan een toon die aan de rechterkant staat. Je leest een notenbalk dus ook altijd van links naar rechts. Net zoals dit het geval is bij veel talen. Wanneer je verder naar rechts gaat volgen er steeds meer noten.

Onder de horizontale lijn vind je vaak de liedtekst voor de zangers en zangeressen. Zo kunnen zij aan de tekst zien hoe lang het duurt en hoeveel tellen een woord gezongen moet worden.

Verticale strepen
De verticale strepen geven aan dat een nieuwe maat begint.

Verticale strepen tussen de lijnen

Naast de horizontale en verticale lijnen heb je ook nog strepen tussen de notenbalk zitten. Deze geven de maat aan waar de verschillende noten invallen. Wil je hier meer over weten? Dan kan je het artikel over maten lezen.

Geschiedenis van de muzieknotatie en notenbalk

Het doel van muziek noteren is altijd hetzelfde gebleven. Het legt vast hoe en wanneer je iets moet zingen en spelen. Toch zijn er in de loop der jaren veel wijzigingen geweest. Deze groei in muzieknotatie hebben we voornamelijk aan de Christelijke kerk te danken. Voor de 9e eeuw werd alle muziek via de mond overgebracht. Zo waren er liederen die van generatie op generatie geleerd werden. Volgens de geschiedenis begon paus Gregorius de Grote rond het jaar 600 met het Gregoriaanse repetoir. Hij dicteerde aan een schrijver hoe je het op de juiste manier moest zingen.

Het Neumen systeem

Het oudste systeem dat wij vandaag de dag kennen is het neumen systeem. Dit werd in de 9e eeuw gebruikt als geheugensteun bij het oefenen van kerkzang. Het werkt vrij simpel: op de horizontale lijnen noteerden de koorzangers of de melodie omhoog of omlaag ging. Dit lijkt dus al best veel op hetgeen wat we nu doen, alleen werd toen nog niet precies aangegeven wat het toonhoogte verschil was. Pas in de 11e eeuw kwam hier een duidelijker systeem voor. Zo vond Guido van Arezzo een oplossing om de notenbalk simpeler te maken. Dit maakte het gelijk ook makkelijker voor alle zangers in het koor.

De notenbalk van nu

Na vele jaren gebruik komt er in de 17e eeuw een standaard waar iedereen zich aan moet houden. Vanaf dit moment maakt men gebruik van drie lijnen en krijgt elk instrument zijn eigen notatie. Over tekens zoals rusten zijn afspraken gemaakt. In de 18e eeuw krijgen de horizontale lijnen verticale strepen ertussen om de maat van de muziek aan te geven. Vanaf dit moment wordt het geheel steeds meer zoals we het nu kennen.

Naast de notenbalk die we hier beschreven hebben zijn er ook andere notatie mogelijkheden. Zo heb je bijvoorbeeld ook het notenschrift genaamd Klavarskribo of klavar dat uit het jaar 1931 komt. Deze notatiemogelijkheid zal zo spoedig mogelijk ook op deze website te vinden zijn.